15 Jassen

Een tijdje geleden fietste ik na het werk naar huis. Onderweg kwam ik een vriendin tegen en samen vervolgden we onze fietstocht naar het dorp. Ze had een leuke jas aan.  Ze vertelde dat ze daar tijdens haar zomervakantie in Oostenrijk  veel plezier van had gehad, omdat hij opgerold in een rugzak kon en toch lekker warm was in de bergen.

“Ach”, zei ze, “eigenlijk had ik hem niet nodig want ik heb wel 15 jassen. Maar ik liep er tegenaan en kon hem niet laten hangen”. Gelijk heeft ze.

Ik dacht aan mijn eigen kledingkast en vroeg me af of ik ook zoveel jassen had. Gezien mijn koopgedrag leek me dat onwaarschijnlijk.  Een paar jaar geleden ben ik minder gaan werken en dat heeft toch gevolgen voor je uitgavepatroon. Als ik iets leuks zie vraag ik me eerst af of ik het wel echt nodig heb. Meestal is het antwoord “nee” en dan laat ik het hangen. Toen ik dat tegen mijn vriendin vertelde zei ze zuchtend “zo zou ik ook wat meer moeten zijn want als ik iets leuks zie dan koop ik het gewoon”.

Bij het dorp scheidden onze wegen en met mijn gedachten nog bij het gesprek fietste ik naar huis. Waarom ben ik niet wat meer als zij, vroeg ik me af. Vaak koop ik nieuwe kleding alleen als er iets versleten is, gekrompen, te groot, te klein of uitgelubberd. Meestal in de uitverkoop, dat geeft me net een wat beter gevoel. Oude kleding gaat als het kwalitatief nog goed is naar de ruilwinkel, waar iemand  met weinig financiële middelen het kledingstuk voor punten mee kan nemen. Ook dat geeft me dan weer een goed gevoel.

In oktober 2017 is er onderzoek gedaan naar de Nederlandse kledingberg. Hieruit blijkt dat een Nederlandse garderobe gemiddeld uit 173 kledingstukken bestaat waarvan 50 items niet gedragen zijn in het afgelopen jaar….. Dat geeft stof tot nadenken. We doen dus een hoop onnodige aankopen die wel belastend zijn voor het milieu.

Verder koopt de gemiddelde Nederlander per jaar 46 nieuwe kledingstukken (schoenen en accessoires meegeteld) en gooit jaarlijks 40 items weg.  Van die 40 kledingstukken die worden weggegooid zijn er slechts negen geschikt voor hergebruik, de rest voldoet niet meer aan de kwaliteitseisen.

Om verspilling tegen te gaan wordt gepleit voor het visualiseren van de kledingkast bij nieuwe aankopen. Vaak kunnen met bestaande items nieuwe combinaties gemaakt worden door met andere blik naar kleding  te kijken. Door gedragen kleding een tweede leven te geven belandt er minder kleding bij grofvuil en wordt het milieu minder belast. Dus weggeven aan bekenden, kringloop- en ruilwinkels.

Ik heb mijn kledingkast nog even nagekeken, want eigenlijk wilde ik nu wel weten hoeveel jassen ík heb…  Het waren er tien, waarvan drie zomerjassen al jaren niet gedragen zijn. Die kunnen komend voorjaar naar de ruilwinkel.

Bronvermelding: http://www.sympany.nl/onderzoek-naar-nederlandse-kledingberg/