Het is een vroege lente. De natuur is van slag. Knoppen van bomen en struiken groeien en de bieslook in de groentetuin komt al boven de grond. De mensen zijn vrolijker, beginnen aan de voorjaarsschoonmaak en aan het opruimen van de moestuin. En de beestjes worden ook wakker.
Vanmorgen kwam ik onderweg naar de badkamer een jonge duizendpoot tegen. Al snel begreep ik waar hij vandaan kwam; uit de dahliaknollen die in een koele slaapkamer liggen opgeslagen. Ik heb hem opgepakt en buiten gezet, op het platte dak.
Maar toen ik een uur later weer boven kwam en bij toeval uit het raam keek zag ik hem lopen, gedesoriënteerd. Af en toe ging zijn halve lijf omhoog, alsof hij iets zocht. Shit, er is natuurlijk helemaal niets te eten op zo’n bitumendak… dan heb ik hem voor niks buiten gezet. Lekker hoor, kom je net uit je winterslaap, heb je niks te eten. Dus de duizendpoot weer opgepakt en meegenomen. Met de bedoeling hem in de compostbak te zetten, want daar zitten er nog meer. Maar toen ik een foto van hem wilde maken viel hij in het gras.. Hopelijk overleeft hij het.
Op de volkstuin is het druk. Er staan veel auto’s langs de kant van de weg en hier en daar hoor ik tuingeluiden. Een aggregaat, medetuinders die een praatje maken of langs lopen met volle kruiwagens. Een tuinbuurman heeft al kleine slaplantjes. Niet zelf gezaaid maar gekocht in België, vertelt hij.
Ik begin aan de lange lijst met klussen. Prioriteiten stellen. Als ik straks een vroege start wil maken moeten de platte bakken als eerste verzet zijn. Vorig jaar droeg ik hem boven mijn hoofd de tuin door; 1.80 hé, da’s echt een lastige klus. Dit jaar een andere tactiek, vasthouden alsof het een heel grote zwemband is. En dat is gelukt. De bak is verzet, naar de plaats waar eerst de rabarber stond. Hij moet nog geschuurd en geschilderd worden, en daarna kunnen de slaplantjes er in.
Na het verzetten van de bak zijn de rucolabedden aan de beurt. Als de bedden leeg zijn heb ik 3 emmers vol met onkruid. Anders nam ik die mee naar huis voor de kliko, maar vorig jaar zag ik bij een tuinbuurvrouw hoe ze haar onkruid terug gaf aan de aarde. “Als je het 30 cm diep in de grond stopt groeit het onkruid niet terug”, vertelde ze. Voordeel is dat het onkruid niet meer afgevoerd hoeft te worden. Dat leek me ook wel wat, en aangezien de bedden nu leeg zijn hét juiste moment voor een test.
Dussss… gat graven, onkruid erin, klaar. Nou, dat gat graven van 30 cm diep viel me nogal tegen, en mijn rug ook 🙂 Hoe gemakkelijk is het om thuis in de kliko te gooien. Het voelde ook een beetje alsof ik stof onder het vloerkleed wegwerkte. Compost erover en je ziet er niks meer van… Maar we gaan het zien. Als het goed is composteert het onkruid in de grond en groeit het niet meer omhoog.
De compostbakken zijn inmiddels flink ingeklonken en worden weer bijgevuld. In een andere platte bak die ook verplaatst moet worden kom ik nog een verrassing tegen; hij staat vol met veldsla en rucola. Daarom laat ik de bak nog even staan. Eerst maar oogsten en dan kan hij volgende week wel verplaatst worden.
In de achtertuin gaan de klussen verder. De stekken van de gesnoeide bessenstruiken (josta- en rode bessen) worden geplant in potjes. Het is ongeveer dezelfde werkwijze van de druiven. Omdat er al een beetje zon op de kas staat zet ik ze daar neer. En nu niet vergeten water te geven 🙂
De kas moet gespoeld worden. Spoelen doe je om overtolige meststoffen af te voeren. Afgelopen winter kon dat niet omdat er nog slasoorten stonden. Die staan er nog steeds maar er staat ook veel gras tussen. Dat leek me een mooi werkje voor de kipjes. Dus overdag gaat de deur van de kas open en de kipjes erin. En die leveren grondig werk. Ze krabben gelijk de grond los. Handig hoor, van die kleine helpers. En zo leuk om ze bezig te zien.
Aan het einde van de dag krijgen de zaailingen nog water. Ze groeien goed, zelfs een beetje té goed want sommigen groeien lang en dun op. Slappe zaailingen zijn kwetsbaar en worden sneller ziek, maar ik vind het zonde om ze weg te doen. Als ze verplant moeten worden zet ik ze gewoon iets dieper in de grond.
Tot slot nog een paar mededelingen.
Sinds kort schrijf ik ook op regelmatige basis voor moestuinvereniging De Tuinschuur in België. Vorige week plaatste ik daar een moestuinblog over de wintersnoei van rode bessen. Als er een nieuwe tuinblog voor De Tuinschuur is geschreven zal ik het hier steeds melden en een link plaatsen.
De moestuinkalender die onze volkstuinvereniging vorig jaar publiceerde is nu te koop tegen inkoopprijs. Voor meer informatie verwijs ik graag naar info@vbiv.nl
En nu (echt tot slot) nog een foto van een wel heel mooi beestje.. Voor velen de lieveling van de moestuin omdat ze goede helpers zijn bij het bestijden van bladluizen… het lieveheersbeestje. Net wakker geworden uit zijn winterslaap.
Hihi. Ik denk dat het volgend jaar weer de kliko wordt.
Plus ik hoop dat de langpoot het overleeft 🙂
LikeLike
Ik ben er ook bang voor
LikeLike